Installatie renovatie

Begroting voorafgaand aan de aanschaf van de voortstuwingsmotor

Technische verbeteringen 

Handboek Deutz Brons type 9

Herstellingen 1929

Herstellingen 1947

Modificaties 1946

Perikelen rond de walstroomkast november-december 1946

Onderhoud en modificatie

Uit; De Reddingboot nr.31, Augustus 1930, jaarverslag 1929, blz.850-851.

Motor gedemonteerd en nagezien. Installatie Electrisch licht.

Deze motor-reddingboot vertrok op den 8sten April 1929 naar Rotterdam teneinde aan de Motorenfabriek “Deutz” den motor grondig te doen nazien. De motor werd daartoe geheel gedemonteerd en schoongemaakt en alle onderdeelen voorzoover noodig hersteld of vernieuwd. De fluit werd vervangen door een typhoonfluit, de overloopsmering der lagers veranderd in eene smering onder druk.

De kosten van deze werkzaamheden waren ƒ 1428.65. Tevens werd de “Dorus Rijkers” voorzien van eene installatie voor electrisch licht, geleverd door de firma Groenveld & van de Poll te Amsterdam. De kosten van deze installatie waren ƒ 2220.20. Op den 14den Mei 1929 was de “Dorus Rijkers”wederom op haar station.

 

Revisie van de Deutz-Brons dieselmotor

Na lang wikken en wegen werd in 2011 besloten tot het grondig revideren van de in 1921 (waarschijnlijk in Keulen) door
Deutz gebouwde motor.
Onderstaande fotoreportage geeft de verschillende fasen van de door de vrijwilligers van de Stichting uitgevoerde werkzaamheden. Die werkzaamheden bestonden uit het optakelen van de motor uit de boot, de verplaatsing naar de werkplaats van de Stichting Nautische Monumenten, het demonteren van de motor, de revisie van de onderdelen, het opbouwen en tenslotte het terugplaatsen van de gerevideerde motor in de boot.

   

 

 

 

 

Uit het werkverslag…
“Pech! Eén van de cilinders is gescheurd. Moet buiten de deur gerepareerd worden. Verloopt voorspoedig. Het ergste is achter de rug, de cilinder komt als het goed is deze week of begin volgende week terug.
Eerst zou de scheur d.m.v. Metaloc door de firma Demco uit Winkel gerepareerd worden maar is uiteindelijk vorige week naar een “conculega” gebracht om te worden opgespoten. Er zijn 2 krukaslagers vernieuwd en 1 zuigerpenlager gerepareerd. Bijna alle aangehangen pompen, de regulateur, de verstuivers, de brandstofpompen en de cilinderkoppen zijn gereed. De smeeroliekoeler ligt nog op de Rijkswerf ter reparatie maar die klus is ook al bijna gereed”.

 

 

“De voering van de remband van de keerkoppeling wordt vervangen. De mannen zijn momenteel nog bezig om de koelwater- en de lenspomp te reviseren. Dan nog de compressor en daarna gaan we weer opbouwen”.
Het grootste probleem wordt, dat de machinekamer nog geheel vetvrij en geschilderd moet worden voordat de motor weer geplaatst gaat worden. Dat kan de nu komende vorstperiode niet gebeuren. Bovendien moet er ook steeds weer nieuw gevonden laswerk aan het casco worden verricht.
We hebben ondertussen wel een versterking van het vrijwilligerskorps gehad van 2 mannen. Een ex-bankwerker van de Rijkswerf en de een ex-scheepselektromonteur, ook van de Rijkswerf. Morgen nemen we helaas afscheid van de 3 Maroffs die hun laatste stage- periode moeten gaan varen maar eind februari, begin maart zal het ROC weer bij ons terug komen met de nieuwe lichting 2e-jaars Maroff’s

 

 

 

 

 

 

Herstellingen 1929


 

Herstellingen 1947

 

 

Modificaties 1946

   

 

Perikelen rond de walstroomkast november-december 1946